Hier ben ik weer met een boekenblog! Niet omdat ik een literair genie ben en weet wat een boek goed maakt (allebei heel erg niet zelfs) maar omdat ik het wil delen. Sla ik een boek dicht, dan is er zo’n leegte na het verhaal. Dan wil ik er nog héél even met iemand over praten. Een oordeel vellen. Dat doe ik dan maar hier! Vandaag: twee van Neerlandsch populairste schrijvers die net zo goed samen één boek hadden kunnen schrijven, en één Belg.
1. Stromboli – Saskia Noort (2018)
Honderdduizenden lezers genieten wekelijks van de column van het schrijversechtpaar Sara Zomer en Karel van Bohemen, waarin ze ogenschijnlijk openhartig verslag doen van hun gezinsleven. Maar achter de façade van hun bohemienbestaan ettert al jaren een dagelijks leven vol afgunst, wrok en zelfs geweld. Na weer een nachtelijke uitbarsting is het genoeg: Sara besluit Karel te verlaten.
Al snel komt Sara alleen te staan – niemand wil nog iets met haar te maken hebben. Om haar leven weer op de rails te krijgen boekt ze een retraite op het idyllische Italiaanse vulkaaneiland Stromboli. Onder leiding van een wereldvermaarde goeroe geeft ze zich met een bont gezelschap lotgenoten over aan rollenspellen en oefeningen die steeds een stap verder gaan.
Ik ben een light literatuur lezer en ik vind Saskia Noort ge-wel-dig. Haar boeken zijn zoals ik ze wil: vermakelijk. Geen chique boel vol pretentieuze woorden en metaforen, maar gewoon leuk en niet te plat. Ze lezen lekker weg en zuigen je in het verhaal. Stromboli had dat… minder. De schrijfstijl is heel prettig, maar het verhaal is wat traag en met weinig diepte. Spannend was het ook niet. Verrassend evenmin. Ik wachtte bladzijdes lang op een plottwist die er niet kwam. Of dan dácht ik dat ‘ie kwam, zat ik een paar pagina’s op het puntje van m’n stoel en begon de volgende alinea met ‘de volgende ochtend…’. Weg moment.
Wel vond ik de setting van het verhaal interessant: een retraite in Italië. Maar daar had dan ff een ontvoering of chantage moeten plaatsvinden, ofzo. Nee, zonder dollen: lees je graag Saskia Noort, dan hoort Stromboli ook gewoon in je collectie maar je favoriet wordt ’t waarschijnlijk niet.
♥ 3/5
2. Familieopstelling – Kluun (2020)
Achttien jaar nadat zijn vrouw Carmen is overleden en zeven jaar nadat zijn huwelijk met Roos op de klippen is gelopen, blijkt ook de zoveelste nieuwe liefde van Stijn van Diepen niet de ware te zijn. Terwijl hij nog altijd van feest naar feest strompelt, wordt zijn moeder met alzheimer in een verzorgingstehuis opgenomen, dreigt zijn beste vriend Frenk hem te laten vallen en moet hij de verjaardag van zijn dochter Luna, die eenentwintig wordt, organiseren. Een crisis lijkt onvermijdelijk. Waarom is zijn (liefdes)leven zo’n puinhoop? Het is tijd om eens grondig in de spiegel te kijken.
In een hilarische en ontroerende zoektocht naar zichzelf keert Stijn terug naar zijn jeugd in Noord-Brabant, stuit hij op een aangrijpende familiegeschiedenis en belandt uiteindelijk op het Ierse platteland in een ultieme poging antwoorden te vinden op zijn vragen. Zal hij op zijn vijfenvijftigste zichzelf weten te vinden? En belangrijker nog: de liefde?
Komt een vrouw bij de dokter en De weduwnaar, wie kent ze niet? In de vijfde klas las ik ze allebei voor mijn boekenlijst bij Nederlands. Alleen samen kon je er punten voor krijgen – dat feit maakte me toen al duidelijk dat ik van Kluun niet de thematiek en diepere lagen mocht verwachten zoals van Grunberg of Mulisch, bijvoorbeeld. Dat geeft niks, want Kluun leest gewoon heel fijn. Helaas was ik van Familieopstelling minder fan. Dat zat ‘m in een paar dingen.
Allereerst las ik Familieopstelling niet lang na Stromboli (zie hierboven) en de gelijkenissen zijn enórm. Beide personages zijn verknipt en belanden bij een retraite waar ze met precies dezelfde types in gesprek raken. Ten tweede vond ik het hoofdpersonage, Stijn, zo mogelijk nog onuitstaanbaarder dan in de eerdere boeken. Ik begreep hem niet. Die vent is 55 en zo knettertje kinderachtig af en toe. Het is fictief – I know, maar 350 pagina’s doorbrengen met iemand waarmee het niet klikt, kan dan heel vermoeiend zijn. Het derde punt: het boek is traag en de verhaallijn wat warrig.
Het onderzoeken van de relaties in zijn familie vond ik een interessante verhaallijn, maar dan had ik daar liever meer over gelezen. In plaats van over het zoveelste lijntje coke en de dosis spijt die daar steeds weer op volgde. Ik denk dat de boodschap van het verhaal veel sterker had kunnen zijn zonder alle slordige, goedkope omwegen.
Een halve minuut research bracht me trouwens hier. In 2018 heeft Kluun Saskia Noort geïnterviewd over, jawel, Stromboli. Coincidence? I think not.
♥ 2/5
3. Problemski Hotel – Dimitri Verhulst (2003)
Iedereen kent wel televisie- en krantenreportages over asielzoekers. Maar wat speelt zich werkelijk af achter de hekken van een opvangcentrum? Dimitri Verhulst verbleef in opdracht van het Vlaamse tijdschrift Deus Ex Machina enkele dagen in het AZC van Arendonk. Het resultaat was een tijdschriftreportage, maar wat hij had gezien liet hem niet meer los: de mensen wier dagen en dromen doordrenkt zijn van doorstane gruwelen; de onderlinge spanningen tussen verschillende bevolkingsgroepen, de vernederende omstandigheden in het centrum, de contacten met mensensmokkelaars en de uitzichtloze ontsnappingspogingen – als dan niet in vrachtcontainers waarin zuurstofgebrek soms tot de dood leidt. Het resultaat is Problemski Hotel. Fictie die de wrange werkelijkheid zo dicht benadert dat het de lezer onder de huid raakt.
Problemski Hotel is, met net 100 pagina’s, een dun boekje. Ik las ‘m in één regenachtige zaterdag uit. Maar die 100 pagina’s grijpen je wel vast. Het begin is wat gek, want hij begint maar gewoon ergens midden in een verhaal. Dat kán afschrikken, maar omdat de verhalen die hij beschrijft zo opmerkelijk (en soms vreselijk) zijn, blijf je sowieso doorlezen. Je merkt ook duidelijk dat het boek een journalistieke insteek heeft met scherpe maatschappelijke verwijzingen. Ieder hoofdstuk is daarnaast een heel nieuw, bijzonder verhaal, maar wel met dezelfde personen en over hetzelfde asielzoekerscentrum. Het begin voelt warrig, maar het einde maakt het zeker een rond en compleet verhaal.
Ook fijn: ik had maar weinig ‘last’ van de Belgische woordkeuzes en zinsbouw, terwijl ik anders verwachtte. Overigens heb ik na het lezen niet het idee dat ik asielzoekerscentra nu beter begrijp, maar dat kan ook liggen aan mijn gebrekkige kennis.
♥ 3,5/10
De linkjes in dit artikel zijn affiliatelinks. Dat betekent dat ik een klein percentage krijg van het bedrag van jouw bestelling bij Bol. Of je nou mijn boekentips opvolgt en precies dat boek koopt, of iets totaal anders: een klein beetje gaat naar mij. En daar betaal jij niks extra voor! Hier en hier vind je nog meer boekentips! Heb je nog boekentips voor mij? Leuk, die zijn altijd welkom!
0 reacties