Het is inmiddels ruim een halfjaar geleden en dat betekent ook dat deze to do al 6 maanden in mijn nek hijgt. Ik hecht te veel waarde aan dagboeken, aan dingen vastleggen en teruglezen, om deze mooie reis zomaar onbeschreven voorbij te laten gaan. Daarom blik ik terug, aan de hand van de foto’s en stories (op Insta) die ik maakte. Voor het dagboek over Seoul heb ik maanden geleden al moed verzameld, maar hier komt dan eindelijk het reisverslag van Tokyo. En dat vond ik echt een heeeeele vette stad. Totaal overweldigend, hysterisch en groots. En toch ook keurig binnen de lijntjes. Ik neem je mee! 🙂
Vrijdag 29 september
Vrijdag landden we na een korte vlucht (van zo’n anderhalf uur) in Tokyo. Op het vliegveld pikten we onze gereserveerde Rail Passes op, waarmee we ‘vrij’ met de trein door Japan konden reizen. Die passen zijn knettttertje duur. Toen wij ze bestelden al, maar inmiddels zijn ze geloof ik nog een paar honderd euro duurder. Het idee van ‘lekker vrij reizen’ is heel fijn maar ik denk niet dat dit voor iedereen de voordeligste optie is. Treintickets zijn los ook vrij prijzig, maar met die Rail Pass heb je ook weer te maken met allerlei uitzonderingen voor trajecten en reserveringen. Kortom: het treinennetwerk in Japan is héél goed geregeld, maar als toerist is het toch altijd een beetje uitzoekwerk. Een volgende keer zou ik die pas niet nemen, maar zoek vooral zelf uit of het voor jouw reisplannen wel een goed idee is! Met de Suica (soort OV-chipkaart van Japan voor de bussen en metro’s) kom je ook heel ver.
Met de Rail Passes en Suica’s op zak, namen we de metro’s naar het centrum van de stad. Althans: één van de centra, want Japan is gigantisch groot en bestaat eigenlijk uit meerdere steden (wijken) aan elkaar geplakt. Er is (voor zo ver ik weet) niet één centraal plein ofzo. Ons hotel zat in de wijk Shinjuku, een populaire en vrij moderne wijk aan de westkant van Tokyo. We checkten in bij The Knot Tokyo Shinjuku en dat beviel meteen heel goed. Waar ons verblijf in Seoul een beetje schmutzig was, was dit echt Japans comfort. Hebben we dan ook wel een paar duiten tegenaan gegooid, maar dat weet je als je naar Japan gaat.
Eenmaal opgefrist gingen we vol goede moed op zoek naar sushi maar die ambitie hebben we snel laten varen. Alle restaurants en bars in de buurt waren vol of gingen sluiten, terwijl het pas half 10-10 uur was. Bloedchagrijnig en hongerig hebben we toen pizza’s gehaald bij de lokale Domino’s, die we in een leeg park hebben opgegeten. Niet helemaal wat ik voor ogen had, maar ok, we doen het er maar mee. Daarna struinden we nog langs een paar straten en belandden we op aanraden van een hotelmedewerker bij een ondergrondse whiskeybar. Tot op de dag van vandaag begrijp ik niet hoe en wat en waarom, maar die plek is één groot mysterie. Ik kan ‘m niet terugvinden op Maps, ik weet de naam niet meer en weet ook niet meer hoe we ‘m uiteindelijk gevonden hebben. Anyway: het was een belachelijk dure tent met minuscule cocktailtjes voor de hoofdprijs (+ een toegangsprijs) en rare mensen die vieze sigaren rookten. Maar goed, we moesten toch iets om deze avond te redden 😉
HOTEL: The Knot Tokyo Shinjuku
Zaterdag 30 september
Na een korte nacht in het hotel, vertrokken we naar de verzamelplaats voor een fietstour van Viator. Die hadden we ’s nachts geboekt, want godzijdank vonden we nog een tour waar we ons bij aan konden sluiten. Ik zeg ‘godzijdank’ omdat ik deze vakantie heb (her)ontdekt dat wij fietstours nodig hebben. Zo zien we iets van de highlights, ontdekken we (vrij saaie) dingen lekker snel en doen we iets nuttigs. We zijn niet echt bijzonder nieuwsgierige types die alles willen meemaken, maar je bent niet voor niets in Japan. Voor ons werkt dit erg goed. We haalden iets te ontbijten bij de 7/11 onderweg en sprongen daarna op onze snelle bikes. De gids bracht ons langs allerlei bezienswaardigheden in en rondom Shinjuku en Shibuya, zoals de Meiji Shrine (een tempelcomplex + park, heel groot midden in de stad), het Olympisch Stadion en het Imperial Palace waar volgens mij de keizer woont. Echte must sees, maar (als je het mij vraagt) niet de leukste dingen tijdens een city trip. Maar toch wil je het wel zien, zodat je de stad ook iets beter in perspectief kunt plaatsen.
Het was bloedheet (erg blij dat ik nog een luchtige broek heb kunnen scoren, ik dacht dat het al veel meer herfst zou zijn dus ik had veel te warme kleding mee) en ik voelde me na een paar uur fietsen vreselijk goor. We douchten even snel in het hotel en gingen daarna weer fris op pad. We besloten de middag te besteden in Shibuya. We liepen winkelcentra in en uit, op zoek naar een sushitent waar we aan konden schuiven. Maar we vonden maar niks. En dan vonden we iets en zat het vol of was het dicht. Echt, hoe dan??? We vielen weer om van de honger dus haalden maar even iets snels bij een gek restaurant, was wel lekker. Alles is overal en altijd lekker in Japan. Daarna bezochten we de Nintendo- en Pokémonwinkel. Extreem druk was het daar, maar wel echt leuk om te zien. Sowieso vind ik Japanse druk best wel goed te doen. Ik heb twee theorieën: 1. ik was in Japan niet bijzonder klein dus drukte is minder overweldigend en 2. Japanse chaos is nog steeds georganiseerde chaos, want iedereen loopt netjes en kijkt heel erg voor elkaar uit, zelfs als het niet zo lijkt. Het drukste kruispunt ter wereld is niet in beelden te vatten, zó druk en immens, maar niemand botst tegen je aan. Het is echt te overzien, heel vreemd. En I love it.
Inmiddels kregen we weer honger en besloten we gericht naar één sushitent te lopen, die goede reviews had op Google. We namen de wachtrij voor de deur voor lief. Gelukkig maar, want die wachtrij is in Tokyo gewoon normaal. Dat moet je echt accepteren. En bij ‘snelle’ restaurants zoals een sushitent gaat de rij ook heel snel. Dus, daar zaten we. Bij Sushi Zanmai, einddddelijk aan de échte Japanse sushi. We zaten aan de bar en konden zien hoe alle chefs hard aan het werk waren. Kwam er iemand binnen of ging er iemand weg, dan riepen ze allemaal gedag/bedankt in koor. (Of ze riepen iets anders, maar I wouldn’t know.) Vonden we erg aandoenlijk, maar al snel ontdekten we dat dit bij bijna alle restaurants in Japan zo is: de keukendienst verwelkomt je luidkeels en zegt gedag.
RESTAURANT SUSHI: Sushi Zanmai (Shibuya)
De sushi was ook echt verrukkelijk, vooral die met gezuurde pruim. Zo lekker vreemd en zoetzuur, hou ik van. Ook een ervaring: de Japanse wc’s. Zelfs op de meest armoedige en onverwachte plekken is de wc-bril verwarmd, heeft ‘ie een radio of ander kek muziekje en een sproeifunctie. En óveral zijn ze schoon, het is onvoorstelbaar. Japan is de droom.
Onderweg naar het hotel scoorden we nog even een toetje: Joran een ijswafel (en dat bleef de twee weken die volgden iedere dag het geval) en ik een pompoen-karamel-pudding-ding.
Zondag 1 oktober
De zondag besteedden we in een andere wijk: Harajuku. Die buurt staat bekend om de drukke Takeshita Street, waar het barst van de geuren, kleuren en jongeren in cosplay-outfits. Het is totaal over de top en behoorlijk toeristisch, maar je móét hier echt geweest zijn. In deze straat vind je de gekste winkels en cafés. Een braaf kattencafé, da’s niks bij deze straat vergeleken. Je hebt in deze wijk o.a. een uilencafé, slangencafé en ook een caviacafé. Ik dacht: dat wil ik wel eens meemaken. Ik ging voor het caviacafé en eenmaal binnen (je betaalt dan een euro of 8-10 voor de toegang) ontdekte ik dat het niet zozeer een café was met koffie, maar dat het echt gaat om het aaien en knuffelen. En foto’s maken. De hele gebeurtenis was heel kawaii (= schattig).
Oh, we begonnen de dag trouwens met een ontbijt in het hotel (erg goed ontbijt) en daarna fucking lekkere koffie bij Double Tall in Harajuku. De iced chocolate chestnut latte was totaal overdreven maar echt goeeeed.
KOFFIEZAAK: Double Tall (Harajuku)
Verder dwaalden we door de drukke wijk en bezochten we onder andere een groot dakterras met uitzicht (weet niet meer hoe het heet, maar is een groot bekend gebouw met een poort met roltrappen en grote spiegels, je ziet het vanzelf) en speelgoedwinkels (o.a. het megagrote Kiddyland – ik heb niks met cartoons en al die schattige prul, maar in Japan is de hysterie echt genieten).
Tegen het einde van de middag gingen we weer terug naar Shinjuku, waar we allebei heel gaar waren en er ff geen zin meer in hadden. We streken uitgeput neer bij een koffiezaak onder de grond (in het gangenstelsel van de metro zit een hele wereld verstopt: restaurants, winkels, cafés, alles) waar ik voor het eerst ooit matcha probeerde. Een koude plens, maar ik vond het wel écht heel lekker!
Na een snelle douche (het was nog steeds heet) gingen we iets doen waar ik al heel lang zin in had. Dit was zelfs de enige activiteit die ik proactief thuis, in Nederland, al had geboekt. Een Japanese Spa Treatment. Op Insta zag ik continu filmpjes hiervan, waarbij je hoofdhuid helemaal wordt schoongemaakt en gemasseerd. Dat wilden wij ook! En het bleek precies wat we nodig hadden na deze drukke week. Zoooo ontspannend, midden in een drukke stad in een rustige salon even lekker niks doen. De salon heet Takumi (in Shinjuku) en is echt een aanrader ♥
KOFFIEZAAK: Caffé Veloce (Shinjuku, zit op meerdere plekken)
JAPANESE HEAD SPA: Takumi (Shinjuku)
Maar de dag was nog niet voorbij! Vervolgens dineerden we bij het restaurant Mo Mo Paradise (bij Shinjuku Station East). Joran had daar alvast gereserveerd zodat we niet weer hongerig en cranky hoefden rond te dwalen. Ik besloot bij binnenkomst meteen dat ‘ie dat vaker mocht doen, want dit was echt héérlijk. We aten all you can eat Shabu Shabu. Vergeet alles wat je weet over ‘shabu shabu’ want dít is wat het echt is: een soort fonduen in bouillon. In de bouillon maakte je groenten, vlees, noedels, dumplings en nog veel meer klaar. We dachten dat we ons rot zouden schrikken van de rekening, maar hier kwamen we tot de conclusie dat Japan helemaal niet zo duur was als verwacht. Japan wás altijd bijzonder duur voor ons, Nederlanders, maar in Japan is al heel lang nauwelijks tot geen inflatie. De euro is veel meer waard geworden ten opzichte van de yen + Nederlandse prijzen zijn heel veel gestegen. Dat maakte dat reizen door Japan helemaal niet zo gek duur was. Thuisblijven is duurder 😉 Meevaller!
Terwijl we richting het hotel wandelden, maakten we tussenstops bij arcadehallen. Daar verzamelen alle jongeren (maar ook ouderen) zich ’s avonds en het is echt fan-tas-tisch. Voor een paar euro kun je je hier de hele avond vermaken met rare spelletjes en grijpmachines. Gewoon rondlopen en kijken is óók heel leuk. Je denkt misschien: oh maar waar vind ik die arcadehallen dan, als ik in Tokyo ben? Nou, maak je geen zorgen: overal. Er zijn straten, soms hele buurten, waar alles felverlicht en knipperend lonkt. En dan niet één lullig pandje, maar gewoon een heel flatgebouw hoog met op iedere verdieping een ander thema of een ander soort spel. Eén grote kermis, is het.
RESTAURANT SHABU SHABU: Mo Mo Paradise (bij Shinjuku Station East)
Bij de nachtwinkel in de buurt van het hotel haalden we nog even snel iets zoets. Ik ging voor daifuku, dat is een type mochi met zoete rode bonenpasta. Vind ik heel lekker!
Maandag 2 oktober
De volgende ochtend checkten we uit en haalden we nog wat lekkere broodjes in de bakkerij bij het hotel. Daarna gingen we bepakt en bezakt richting een treinstation, op weg naar onze volgende bestemming: Hakone. Dat dagboek komt er binnenkort aan! Laten we zeggen: binnen nu en 6 maanden.
0 reacties