Kijk mij eens ff vegan eten de laatste tijd. Gaat ook vrij vanzelf, moet ik zeggen. De Beau van een jaar of vijf geleden valt van d’r stoel. Vorige week maakte ik een soort saté van tempeh met daarbij korianderrijst. In een hele simpele en lekkere marinade. Voor écht goede saté tempeh moet je die wel een tijdje laten staan. Ik zeg: vandaag is een mooi moment.
Saté tempeh met korianderrijst en boontjes
Ingrediënten
- 2/3e van een blok tempeh
- 3 el ketjap
- 3 el sojasaus
- 1 el wokolie
- 1 kopje witte rijst
- sap van een halve limoen
- handje koriander
Overig
- 400 gram sperziebonen
- pindasaus
Instructies
- Begin met de tempeh en de marinade. Soms gebruik ik graag tig lekkere ingrediënten voor die saus, soms heb ik daar ff geen zin in. En dat kan ook gewoon prima zijn. Dit keer gaan we voor een extreem simpele marinade. Snijd de tempeh in blokjes van ongeveer 1 bij 1 cm en gooi ze allemaal in een platte bak of schaal. Giet daar de sojasaus, ketjap en wokolie bij en hussel alles goed door. Laat dit tenminste 45 minuten staan terwijl je de blokjes af en toe omroert. Dat is wel echt de minimum tijd, een paar uur is beter want dan trekt de marinade lekker in het hele stukje.
- Rijg de tempeh aan een lange satéprikker en bak ze rondom aan in een koekenpan met wat extra olie. Op laag vuur, het wordt snel zwart. Giet op het laatste moment de overige marinade over de saté.
- Maak ondertussen de korianderrijst. Kook de rijst in een dubbele hoeveelheid water, knijp daar een halve limoen boven uit en roer er een handje fijngehakte koriander doorheen.
- Kook de sperziebonen beetgaar en verwarm de pindasaus. Tegenwoordig heb ik geen magnetron meer en dat maakt pindasaus aanzienlijk minder leuk om te eten.
- Serveer de boontjes, korianderrijst en saté tempeh op een gezellig bord met bovenop een lepel pindasaus.
Dit heb je nodig (2p):
2/3e van een blok tempeh
3 el ketjap
3 el sojasaus
1 el wokolie
1 kopje witte rijst
sap van een halve limoen
handje koriander
400 gram sperziebonen
pindasaus
Dit moet je doen:
Begin met de tempeh en de marinade. Soms gebruik ik graag tig lekkere ingrediënten voor die saus, soms heb ik daar ff geen zin in. En dat kan ook gewoon prima zijn. Dit keer gaan we voor een extreem simpele marinade. Snijd de tempeh in blokjes van ongeveer 1 bij 1 cm en gooi ze allemaal in een platte bak of schaal. Giet daar de sojasaus, ketjap en wokolie bij en hussel alles goed door. Laat dit tenminste 45 minuten staan terwijl je de blokjes af en toe omroert. Dat is wel echt de minimum tijd, een paar uur is beter want dan trekt de marinade lekker in het hele stukje.
Rijg de tempeh aan een lange satéprikker en bak ze rondom aan in een koekenpan met wat extra olie. Op laag vuur, het wordt snel zwart. Giet op het laatste moment de overige marinade over de saté. Maak ondertussen de korianderrijst. Kook de rijst in een dubbele hoeveelheid water, knijp daar een halve limoen boven uit en roer er een handje fijngehakte koriander doorheen.
Kook de sperziebonen beetgaar en verwarm de pindasaus. Tegenwoordig heb ik geen magnetron meer en dat maakt pindasaus aanzienlijk minder leuk om te eten. Serveer de boontjes, korianderrijst en saté tempeh op een gezellig bord met bovenop een lepel pindasaus.
Mijn oordeel: 7,3/10 – Ik vind tempeh telkens weer raar spul. Raar, maar wel lékker. Dat zoete, die zachte maar ook stevige structuur. Helaas had ik de saté tempeh niet lang genoeg laten marineren; de binnenkant was nog gewoon wit.
Oordeel eetgenoot (Joran): “Ik vind die blokjes helemaal niks, die tempeh. Gekke smaak, heb zelfs een paar stukjes laten liggen.” Nou, duidelijk.
Ik at dit op 13/1/2020
0 reacties